Een dialezing over de samenhang tussen mens en landschap in een nog mooi bewaard gebleven Reestdal. Het verhaal begint in de bovenloop van de Reest bij Dedemsvaart en eindigt in Meppel waar het grensriviertje uitmondt in het Meppelerdiep. Langs de loop van de Reest valt veel te genieten.
Het Reestdal behoort tot één van de mooist bewaard gebleven beekdalen van Nederland en heeft nog steeds een eigen karakter. Het beekdal ligt op de grens tussen Drenthe en Overijssel en is erg kleinschalig en daardoor bijzonder afwisselend. Het oude en kleinschalige landschap met zijn monumentale boerderijen en oude esgehuchten kent een bijzondere flora en fauna.
In cultuur gebracht
In de 12de eeuw werd het klooster Dickninge gesticht. Vanaf die tijd begon de ontginning van het woeste Reestdal, dat in die tijd een groot moerasgebied was. Van oorsprong is de Reest dan ook een hoogveenbeek, die ergens in het oostelijk deel van Drente ontsprong. Van dat enorme hoogveengebied is niets meer over. De Reest raakte niet alleen haar kop, maar later ook haar staart kwijt. Toch heeft “De Grootvorstin van Drenthes’s stroomen ” nog steeds gratie en uitstraling.
Het klooster Dickninge mag dan verdwenen zijn, op het huidige landgoed bloeit in april de indrukwekkende stinzenflora met de grootste populatie holwortels van ons land. En vlakbij Dickninge, achter het sfeervolle landgoed Havixhorst, ligt het ooievaarsbuitenstation De Lokkerij. Van hieruit werd met veel succes de ooievaar weer in het Reestdal geïntroduceerd.
Oud cultuurlandschap
Het Reestdal is een oud cultuurlandschap. Om dit landschap in stand te houden is veel onderhoud nodig. Veel van dit werk wordt door vrijwilligers gedaan. Ze knotten wilgen, herstellen oude veengaten, zetten houtsingels af, planten weer nieuwe meidoornhagen, enz. De twee provinciale natuurbeschermingsorganisaties Het Drentse Landschap en Landschap Overijssel beheren honderden hectares natuurgebied en grasland in het Reestdal. Dit beheer laat mooie resultaten zien. In het voorjaar kleuren de hooilanden geel van de dotterbloemen en op een aantal locaties komt het moeraskartelblad massaal voor.
Fauna
Door de kleinschaligheid van het gebied komen er veel soorten roofvogels en uilen voor. Kerkuilen profiteren van kasten, die zijn opgehangen in schuren van oude boerderijen. Jonge haviken en buizerden worden geringd. Reewild voelt zich in het kleinschalige beekdal erg goed thuis en dat geldt ook voor de das. Vanuit twee informatiecentra, De Wheem in Oud-Avereest en ‘t Ende bij De Stapel kan prachtig worden gewandeld en gefietst.
Deze presentatie duurt 2x 45 minuten