Tuinfluiter,braamsluiper, fitis, grasmus, fluiter en tjiftjaf. Dat is moeilijk spul. Vogeltjes die vreselijk moeilijk uit elkaar te houden zijn. Het zijn dan de details waar je op moet letten. De kleur van de pootjes bijvoorbeeld of de wenkbrauwstreep. Soms is het om dol van te worden. Braamsluiper en grasmus lijken op elkaar en hebben voorkeur voor hetzelfde biotoop (dicht struweel). Allebei struinen ze door het dichte struikgewas en laten
zich niet al te vaak zien. Roodborst en koolmees, ja dat is een makkie. Maar die familie bruine en grijze fladderaars, dat is een ander verhaal. Gelukkig is er een oplossing voor dit probleem. Dat is de zang. Zodra het mannetje ( want die macho´s zingen, vrouwtjes laten zich nauwelijks horen) zijn snavel open doet worden de verschillen tussen het moeilijke vogelvolkje groot. Nadeeltje : het grootste deel van het jaar zingen ze niet, of ze zijn er niet. Je moet in de maanden april en mei naar buiten om de concerten te horen. Een mooi voorbeeld van twee vogels die vooral door hun zang makkelijk te onderscheiden zijn, zijn de tjiftjaf en de fitis.
Tjiftjaf
Net als de koekoek dankt dit vogeltje zijn naam aan het geluid dat ie maakt. De kievit en de grutto horen ook bij dit groepje. De witsterblauwborst doet hier natuurlijk niet mee. Die roept heel wat anders. De tjiftjaf wordt in Duitsland Zilp-Zalp genoemd. Misschien is dat een betere benaming, want het geluid van dit onrustige vogeltje doet meer Duits dan Nederlands aan. Veel mensen kennen de tjiftjaf niet , maar het geluid wel. Dat komt omdat de tjiftjaf overal voorkomt waar bomen en struiken zijn. Niet alleen in bossen dus, maar ook in tuinen.
Klik hier voor het geluid van de tjiftjaf
De tjiftjaf is erg onrustig. Het lijkt een vogeltje met ADHD, zit vrijwel nooit stil en vliegt van hot naar her. Het is een talrijke broedvogel. De pootjes zijn donker net als de snavel. Wat ook opvalt is de beige wenkbrauwstreep, hoewel deze minder duidelijk is dan bij de fitis. Het is een van de eerste vogels die in het voorjaar van zich laat horen. Het aantal broedparen in ons land wordt geschat op rond de 500.000. De tjiftjaf doet het goed. Dat komt o.a. door verstedelijking van voorheen open agrarische gebieden. Dat klinkt gek, maar is wel logisch. Bij de aanleg van stadsuitbreiding worden groenstroken, parkjes en tuinen aangelegd. Daar voelt een tjiftjaf zich al snel thuis.
De fitis
Ze lijken wel heel erg op elkaar, fitis en tjiftjaf. Een beetje kritisch kijken en je ziet wat verschilletjes. De wenkbrauwstreep is wat langer en duidelijker dan bij de tjiftjaf, de snavel is lichter en wat langer. Vaak ook wat geler op de buik. Maar alle twijfels vallen weg als je de fitis hoort zingen ! Een liedje van heldere tonen, die hoog beginnen en dan dalen. Je wordt er een beetje melancholiek van.
Klik hier voor het geluid van de fitis.
Fitissen zijn veel rustiger dan hun neefje de tjiftjaf. Het is vaak mogelijk om rustig naar een zingende fitis te kijken op een meter of tien ( soms zelfs minder) afstand. Hij laat zich graag bewonderen, vliegt even weg en komt dan weer in dezelfde boom of struik terug. Als je het geluid kent, blijkt dat houtwallen, heideterreinen, bosaanplant e.d. vol zitten met fitissen. Het aantal broedparen in ons land wordt geschat op rond de 200.000. Onderzoek wees uit dat fitissen tijdens hun verblijf in Afrika lijden onder de droogte in grote woestijngebieden als de Sahara.
Bronnen:
Sovon vogelatlas van Nederland
Zakgids vogels van Nederland en België
Eigen waarnemingen