Diep blauw. Wat een prachtig plantje om te zien! Blauw wordt gezien als de kleur van vertrouwen, duidelijke communicatie en betrouwbaarheid. Allemaal leuk om te weten, maar naast de kleur is het meest bijzondere van de klokjesgentiaan dat dit plantje nog maar erg weinig in ons land voorkomt. Dat geldt zeker voor het Reestdal. In het beekdal zelf zul je de plant niet snel vinden. Misschien nog in een blauwgraslandje. Nee, je moet op de flanken van het beekdal zijn waar nog wat natte heide en veentjes de verkaveling van de woeste gronden hebben overleefd. Staan de diepblauwe klokjesgentianen op het Dwingelderveld gewoon langs het fietspad, in het Reestdal zijn ze dus zeldzaam. En voor heel Nederland: sterk achteruit gegaan. Dus te vinden op de Rode Lijst.
Bloeitijd in de nazomer
Klokjesgentianen bloeien in de periode juli tot en met september. Groot wordt de plant niet, opvallen doet ie door zijn kleur. Bij het vinden van een groepje klokjesgentianen moet je eigenlijk even door de knieën. Pas dan zie je hoe mooi deze gentiaan is. De bloemkroon heeft de vorm van een trechter en aan de binnenkant van de kroonbladen zie je allemaal groene stippen. De plant voelt zich thuis op plekken, die ‘s winters drassig of nat zijn. Het zijn planten van de natte (dop)heide en veengronden en vaak zijn ze in gezelschap van andere planten als dopheide, beenbreek en blauwe zegge. Het
is arme grond waar ze op groeien en bloeien. Stikstof is de grote vijand. Oprukkende grassen als pijpenstrootje en bochtige smele beconcurreren andere karakteristieke planten van de natte hei. Dus alarmfase 1 voor de klokjesgentiaan !
Kwetsbare plant en daardoor zeldzame vlinder
Naast algemene soorten als paardenbloem, fluitenkruid, brandnetel en jakobskruiskruid hebben we in ons land een heleboel planten die het moeilijk hebben. Dat geldt zeker voor de klokjesgentiaan. Er zijn verschillende oorzaken voor de achteruitgang. Lage grondwaterstanden en het neerdwarrelen van stikstof zorgen op de hei voor een versnelde ontwikkeling van grassen en opslag van bomen . Groeiplaatsen en plekken voor verjonging van klokjesgentianen nemen dan snel af. Door de vergrassing met pijpenstrootje bijvoorbeeld verspreidt het zaad zich niet verder dan een halve meter en zal het niet gaan kiemen. Vergeet ook de droge hete zomers van de laatste jaren niet !
Zonder heidebeheer van de natte heide zal de klokjesgentiaan langzaam verdwijnen. Voor één bepaalde vlinder is dat rampzalig: het gentiaanblauwtje. Dit vlindertje gebruikt alleen de klokjesgentiaan als waardplant. Dat wil zeggen, dat op deze plant de eitjes worden gelegd. Het verhaal wordt nog ingewikkelder als blijkt dat de rupsen van het gentiaanblauwtje bepaalde mieren nodig hebben om zich te kunnen ontwikkelen als vlinder. Voor een vitale populatie gentiaanblauwtjes zijn minimaal 500 bloeiende gentiaanklokjes nodig, in de directe omgeving vele knoopmiernesten en bloeiende nectarplanten voor de vlinders. Het aantal populaties gentiaanblauwtjes is de laatste jaren sterk gedaald. Kwetsbare natuur pur sang !
Blauwe Brigades
In 2001 werd in Overijssel de Blauwe Brigade opgericht. Deze bestaat uit vrijwilligersgroepen die met kleinschalig beheer het biotoop van het gentiaanblauwtje verbeteren. Met plagschoppen worden dicht bij een plek met klokjesgentianen kleine plagplekken gemaakt. Met handzagen wordt opslag verwijderd om de heide open te houden. Al snel volgde de oprichting van brigades in andere provincies. Met succes. Soms gaat het beheer wel erg ver. Naast het plaggen worden sommige stukken natuur bekalkt en bezaaid met strooisel en gentianenzaad. Prachtig en zinvol werk, maar het maakt ook duidelijk dat de natuur in Nederland vrijwel altijd mensenwerk is. Natuurbeheer in ons land is één groot gevecht tegen successie. Op de hei, in watergangen, in bermen, in petgaten, in graslanden, overal wordt het proces van successie getemd. In feite zijn we als natuurbeheerders allemaal aan het tuinieren. Daar is niks mis mee. In een mooie tuin is ook genoeg te zien.