Ergens in het Reestdal zit een steenuiltje op een oud en verwaarloosd schuurtje. De boerderij die er ooit stond is afgebroken. Hier en daar ligt nog wat puin. Het gras is hoog, brandnetels en zuring schieten omhoog. Een paar bomen zijn blijven staan. In de nabije omgeving grazen een paar schapen. Aan de rand van het erf staat een grote boom. In de boom hangt een steenuilenkast.
De steenuil is een opportunist
De steenuil zit op de uitkijk. Zijn kop draait voortdurend naar links en naar rechts. Of omhoog. Zo nu en dan gaan zijn ogen even dicht. Even later weer die priemende gele ogen. Steenuilen hebben een gevarieerd menu. Ze eten grote insecten zoals kevers , maar ook muizen, regenwormen, slakken en vogels. Wat ze maar tegenkomen. Erg kieskeurig zijn ze niet. Echte opportunisten zijn het. Kleinschalige landschappen met oude wat rommelige boerenerven leveren veel van dit voedsel. Wat koeien en paarden in een weiland, een oude vervallen schuur, een grote stapel hout, een overhoekje op het erf waar nooit iemand iets mee doet, een oude knotwilg, een houtsingel, het echte steenuilparadijs !
Veel natuurbeschermingsorganisaties helpen de steenuil bij het vinden van een goede broedplek. Ze plaatsen kasten in een geschikt steenuilenbiotoop. Veel steenuilen in ons land maken er dankbaar gebruik van. De meeste steenuilen zitten in het oosten van Nederland. Op de website van Stone (Steenuilen Overleg Nederland) vind je erg veel info over dit mooie kleine uiltje.