Het Reestdal is gezegend met een groot aantal oude monumentale boerderijen. De mooiste staan in de benedenloop, zo ongeveer tussen De Bloemberg en Meppel. Een deel staat op de Monumentenlijst. Vaak zijn ze in particulier bezit en soms wordt er nog geboerd. Het
Drentse Landschap en Landschap Overijssel hebben in de afgelopen jaren historische boerderijen aangekocht en in erfpacht uitgegeven. Zo’n boerderij in het oude landschap, het is een prachtig gezicht. Vaak gerenoveerd en het erf ingericht met de blik op vroeger. Dus met een ouderwetse boerentuin, een appelhof, aalbessen, een bakkershuisje, leibomen, dahlia’s en hortensia’s in de bloementuin, misschien nog een potstal of nog een erf bestraat met zwerfkeien. Prachtig om te zien. Wat je je als wandelaar dan niet realiseert is dat zo’n oude boerderij nog andere cultuurhistorische schatten verborgen houdt. Dat zijn de soms eeuwenoude gebinten.
Wat zijn gebinten?
Een gebint kun je vergelijken met de stokken/buizen van een tent. Het is een draagconstructie van dikke vaak eikenhouten palen en balken, die samen het gebouw stevigheid geven. Het is een soort geraamte waar de boerderij omheen is gebouwd.
Prehistorie
Bij het bestuderen van grondsporen van boerderijen uit de periode 1400-850 v.Chr werd duidelijk dat de boeren van toen gebruik maakten van hout uit de omgeving en dat de onderkant van de palen eerst in het vuur werden “aangekoold”, waarschijnlijk om ze te conserveren of ongedierte onschadelijk te maken. In het zand werd rond de paalkern een ring van zwart kool gevonden. Erg slim voor die tijd. De palen werden ingegraven, maar omdat ze niet keurig twee aan twee stonden ontbrak er waarschijnlijk een verbinding en is er nog niet echt sprake van een gebint.
Na 1400
Het is opmerkelijk, dat van boerderijen vanaf ongeveer 1400 ( Middeleeuwen) in de grond geen sporen van ingegraven palen worden gevonden. Daar is wel een verklaring voor : een verbetering van de constructie. Toen het lukt om de houten palen stevig met elkaar te
verbinden ( hoekverbinding) was het niet meer nodig om de palen in te graven. Ze werden op veldkeien geplaatst om bederf van het hout tegen te gaan. Dankzij deze “uitvinding” bleven gebinten eeuwenlang bewaard. Nog weer later werden de stijken (palen) op een gemetselde fundering gezet. Bekend is een boerderij in het Drentse Anderen waarvan de gebinten stammen uit het jaar 1376. Dat die gebinten er nog steeds zijn mag een wonder heten. De bewuste boerderij brandde in 2011 af. Gelukkig konden de gebinten bij de herbouw weer worden gebruikt. Dat de ouderdom van gebinten in oude boerderijen zo precies gedateerd kunnen worden danken we aan de dendrochronologie, de wetenschap die in staat is om aan de jaarringen in een balk de leeftijd van het hout vast te stellen.
Over dek- en ankerbalken
Gebinten werden vaak gemaakt van eikenhout. In het Reestdal zie je naast oude boerderijen nog vaak een eikengaard. Dat is een boomgaard met oude rechtopgaande eikenbomen keurig in het gelid. Vroeger werden eiken geplant om veel later ( “boompje groot….plantertje dood”) mooie rechte gebinten te leveren als de boerderij werd uitgebreid, bijvoorbeeld met een ”staart”, een grote ruimte aan het achterste deel van de boerderij, vaak gebruikt voor de opslag van hooi of als potstal.
Een gebint is opgebouwd uit twee stijlen of staanders. Ze zijn verbonden met een of twee horizontale balken. Als de balk op de stijlen ligt wordt dat een dekbalkgebint genoemd. De stijl en de balk zijn met pen-en-gat verbonden. Er komt geen spijker aan te pas. Het kan ook anders. Dan ligt de horizontale balk niet op de stijlen, maar steekt de balk door de staander. De ankerbalk ligt dan lager dan de bovenkant van de stijlen. Het voordeel hiervan is dat er onder het dak van de boerderij meer opslagruimte ontstaat. Bovendien zorgen de verbinding met houten pennen of wiggen voor een erg stevige constructie. Men spreekt dan van ankerbalkgebint.
Nog steeds toegepast
Op internet staat erg veel informatie over gebinten. Het is een wereld op zich. Denk niet dat het maken van een zo’n constructie iets van vroeger is. De techniek wordt nog steeds toegepast. Er zijn bedrijven die helemaal in deze materie zijn gespecialiseerd. Aannemersbedrijf Poortman uit De Bloemberg is daar een voorbeeld van.
Mooi artikel, het is goed en nuttig om kenmerken van gebieden, boerderijen en details van boerderijen te omschrijven.
Hoe gaan we dit mooie erfgoed behouden en in de komende jaren ontwikkelen.
Vriendelijke groeten,
Jouk Huisman