Even voorstellen
Je kunt het geloven of niet, maar ik ben zeer vereerd. Ik mag iets over mezelf vertellen. En dat doe ik graag. Ik sta aan de rand van landgoed Dickninge en dagelijks geniet ik van een prachtig uitzicht over het dal van de Reest. Ik heb vanaf deze oude steilrand een mooie uitkijk over de es van Dickninge. Vaak zie ik wandelaars met bewondering naar me kijken. De keren dat ik ben gefotografeerd zijn niet te tellen! Dat is ook logisch, want ik ben erg indrukwekkend om te zien. Mijn weerbarstige zware stam heeft een behoorlijke doorsnede en mijn takken zijn knoestig en grillig.
Mijn wetenschappelijke naam is Quercus Sessiliflora, maar je mag ook wel gewoon wintereik zeggen. Mijn leeftijd? Dat weet ik zelf niet, ik ben in ieder geval ouder dan 100 jaar. Ik heb in mijn leven veel meegemaakt. Om mijn leeftijd te bepalen heb je de dendrochronologie nodig, dat is de wetenschap die jaarringen van (oude) bomen bestudeert om zo de leeftijd te bepalen. Het mooie van ouder worden als boom, is dat er met steeds meer respect naar je wordt omgezien. Ik weet niet hoe dat in de mensenwereld gaat, maar om als monument bekeken en behandeld te worden geeft wel een goed gevoel.
Beetje verloren
Als je vanaf het tolhuisje de rand van de es volgt, zie je me al gauw staan. Ik heb geen buren, ik sta er een beetje verloren bij. Verderop is het veel gezelliger, daar staan vier soortgenoten van me bij elkaar. Vroeger stonden hier veel meer eiken, die zijn gekapt en ik heb dus gewoon geluk gehad. Je kunt me ook makkelijk herkennen aan een grote lage tak aan de zuidkant van mijn stam. Misschien heb ik al die aandacht ook wel te danken aan mijn eenzame plek. Ik val gewoon op. Ieder nadeel heeft………………
Silhouet
Mijn silhouet, mijn profiel zal ik maar zeggen, kun je mooi zien als je naar me kijkt met een roodgekleurde winterse avondlucht als achtergrond. Er zijn mensen, die dan denken aan de bouw van een long. De zware stam lijkt dan op de luchtpijp, grote zware zijtakken vormen de bronchiën, kleinere twijgen stellen de luchtpijptakjes voor. En om het verhaal compleet te maken : de knoppen aan het eind van de kleinste takjes lijken dan op de longblaasjes. In ieder geval is mijn kroon koepelvormig en is het verloop van mijn takken grillig.
Winterslaap
Een paar maanden geleden heb ik mijn bladeren laten vallen. En dat is maar goed ook. Bij lage temperaturen kan ik geen water meer uit de grond opzuigen. Dat zou betekenen dat al die duizenden bladeren die ik draag zouden uitdrogen. Daarom ben ik nu kaal en verkeer in rust. Nou ja, rust…. laat ik maar zeggen dat veel van mijn levensprocessen momenteel
erg traag gaan. Ik krijg vaak vogels op bezoek. Geelgorzen bijvoorbeeld hebben vanuit mijn kale kruin een prachtig uitzicht over de omgeving. Aan fotosynthese doe ik nu even niet. Daar heb ik bladgroen voor nodig en dat ben ik sinds de herfst kwijt. Straks, in het voorjaar, krijg ik weer nieuwe blaadjes en ga ik weer een heleboel CO2 opnemen en zuurstof afgeven. Ik weet niet wat jij doet om de opwarming van de planeet tegen te gaan, maar ik lever mijn bijdrage !
Knoppen
Je kunt aan me zien dat ik een eik ben door naar mijn knoppen te kijken! Mijn knoppen zijn bruin en er zitten altijd meerdere bij elkaar. Ze hebben geen steeltjes, zoals die van de zwarte els. Groter dan een centimeter zijn ze nooit. En let ook eens op mijn schors! Die is grijsbruin en heeft verticaal lopende groeven.